dinsdag 8 september 2009

Chaos op de weg naar veiligheid

Ontmoet Mike. Elke keer als iemand zijn auto om een lantaarnpaal vouwt, met een ongecertificeerd taxibusje over de vangrail slaat, of frontaal een tegenligger ramt, kan Mike met een tevreden glimlach rekenen op een volle portomonee.

Mike is namelijk de eigenaar van een 'panel shop', het pompende hart van Zuid-Afrika's rampzalige verkeersongevallencijfers. Een blik op zijn erf op mijn weg naar de uni-shuttle visualiseert de abstracte nieuwskoppen langs de weg als "10 die in horror taxi crash". Een sportwagen met ingedeukte bestuurderskant, versplinterd raam en met afgeslepen dak. Een compleet ingedeukte taxibus. Een Volkwagen waarvan de achterkant lijkt te zijn geraakt door een komeet.

De minibusjes die voor het grootste gedeelte het openbaar vervoer verzorgen worden al jaren gezien als de bron van een groot gedeelte van alle verkeersonheil. Vaak zonder rijbewijs rijden deze busjes luid toeterend en schreeuwend een bepaalde route, waarlangs ze overal stoppen voor het oppikken en droppen van passagiers. Veel van de busjes zijn al lang over hun houdbaarheidsdatum heen, en sommige zijn zelfs nooit bedoeld geweest voor persoonsvervoer en de veiligheidseisen die formeel bestaan. De overheid is tot op heden niet in staat gebleken op te treden tegen de taxisector.

Sommigen zeggen dat het komt door de geweldadige actiebereidheid van de criminele organisaties die achter de taxibusiness zitten. Beter betaald en beter bewapend dan de politie waagt niemand het om ze ook maar een strobreed in de weg te leggen. De bloedige taxi-oorlogen van enkele jaren geleden zijn een voorbeeld van de radicale houding van de taxichauffeurs, net als de nachtelijke schietpartijen op Johannesburg's nieuwe bussysteem dat is ingevoerd voor het WK 2010. Bang voor het verlies van klandizie werden 's nachts verschillende bussen tegelijkertijd onder vuur genomen door de informele taxis, waarbij verschillende pasagiers gewond raakten.

Op hetzelfde moment wordt beweerd dat de overheid geen actie wil ondernemen tegen de taxisector. Als een van de weinige economische sectoren die voor bijna 100% in handen is van niet-blanken, zou het aan banden leggen en reguleren van deze sector kunnen worden begrepen als tegenwerking van post-apartheid nivellering en uitholling van het electoraat. Zoals in de behandeling van praktisch elk politiek probleem wordt de 'ras-kaart' met overvloed gespeeld: wanneer het maar even kan worden argumenten van een tegenpartij afgedaan als rascisme. Het voorbeeld van de blanke Zuid-Afrikaan die in Canada een verblijfsvergunning heeft gekregen omdat hij in zijn thuisland om zijn huidskleur vervolgd zou worden, laat zien dat de nieuwe machtsbalans het nu ook voor blanken mogelijk maakt met succes rascisme als argument te mobiliseren.

Een probleem dat zeker niet te ontkennen valt binnen machtsposities in Zuid-Afrika is het afleggen van verantwoording. De minister van verkeer heeft meermaals een verbetering beloofd in de taxi sector, al tonen nieuwe cijfers aan dat de pakweg 250.000 minibusjes jaarlijks verantwoordelijk zijn voor 175.000 ongelukken. Waar bekendmaking van deze cijfers zou moeten leiden tot het aftreden van de minister, blijft in de ANC regering iedereen netjes op zijn plaats, houdt elkaar de hand boven het hoofd of noemt het racisme. Het probleem wordt daarmee niet opgelost en blijft dagelijks levens en handen vol geld kosten. En dat is voor niemand goed. Behalve voor Mike. Elke dag slaat hij waar mogelijk netjes de deuken uit auto's. Evenzovaak zie ik hem de onderdelen van een compleet onbruikbaar gecrasht voertuig strippen, als een gestrande walvis in een plas van splinters. Zonder Mike het eten uit de mond te willen wensen, zou ik Mike's omscholing tot bijzonder-agent openbaarvervoer handhaving met vreugde tegemoet zien.