dinsdag 10 mei 2011

Moed in de benen


Het begon zo'n vier maanden geleden. Achteraf was er al misschien al eerder een punt aan te wijzen als origine voor de verdere gebeurtenissen, maar zo'n vier maanden geleden kreeg het de vorm die nu steeds verder wordt uitgewerkt. Ik was weer eens in een koude regenbui aan het bedenken hoe ik met mijn bescheiden spaaractie gesponsord door Media en Cultuur van de UvA voor langere tijd op pad zou kunnen, toen ik me bedacht dat ik het hele eind weleens zou kunnen proberen te fietsen. Ik was natuurlijk niet meteen overtuigd, maar het was het eerste moment dat ik die mogelijkheid niet meteen als onuitvoerbaar bestempelde.

Nu zijn we een tijdje verder en lijkt er geen weg meer terug. Eerst praatte ik met ervaringsexperts, die in grote getale aanwezig bleken. Het leek ineens of iedereen weleens meer dan 1000 kilometer achter elkaar had gefietst. En er zaten mensen tussen, van wie ik het absoluut niet verwacht zou hebben. De vraag of ik het zou kunnen leek steeds meer een retorische, dus toen kocht ik maar een fiets. En een tent. Ik spendeerde menig vrij uur in zwerfsportwinkels tussen al even enthousiaste verkopers cum avonturiers en superlichte opvouwbare bordjes en in fietsenzaken met multifunctionele zadeltasjes (0,7 liter, of toch 1,2?).

De laatste respectievelijke strohalm, dan wel horde, was een eerste tocht. Aan den lijve zou ik het ondervinden. Expres wat slecht voorbereid stapte ik om 8.00 in het Zuiden op de fiets. Even leek het niet goed te gaan, toen ik ter hoogte van het derde dorp al 10 km was omgefietst en er achter kwam dat de champignons met richtingaanwijzing integraal lijken vervangen door een oh zo leuke maar ongelofelijk onrechtstreekse knooppunten route, waarvan bij ieder bord door het vele aanraken de directe omgeving van de 'u staat nu hier' pijl wit was afgeschuurd. Maar na een ontbijt van mueslirepen met een gratis bakkie van Albert in Schijndel (waar is toch die tijd gebleven dat er in elke AH een bakkie Perla Rood voor je klaar stond?) ging het verassend goed en voor de avond goed en wel zijn komst had aangekondigd stond ik 150 kilometer verderop alweer in mijn keukentje een monstermaaltijd klaar te maken. Want zitten, dat ging niet meer.

En nu is het plan dus definitief: per Juli vertrek ik (met maat Maurice) richting Oost Europa en dan is het fietsen geblazen tot mijn reet er finaal afvalt. Als het even meezit kan ik zo het jaar een beetje uitzingen. Maar als ik er genoeg van heb, dan ga ik hem gewoon duwen hoor. Mijn moed zit me nu nog in de benen, maar als het een beetje zakt, heb ik het zo in mijn schoenen. Dan is lopen misschien beter.